Geplaatst op 10 mei 2019

Een weinig genuanceerd antwoord op de vraag: wat is antizionisme?

Is antizionisme een vorm van antisemitisme? Die vraag staat centraal in het nieuwe boek Wij noemen hen Joden van emeritus-professor dr. Klaas Smelik, directeur van het Etty Hillesum Onderzoekscentrum in Middelburg. Op zich een belangrijk thema, maar de weinig genuanceerde manier waarop Smelik het behandelt stelt teleur.

Door: Ton Crijnen

Voor een deel is het boek zeker interessant en nuttig. Bijvoorbeeld in de hoofdstukken waarin de auteur ontstaan en ontwikkeling van de stromingen binnen het zionisme neerzet. Ook het antisemitisme in de Britse Labourparty wordt door hem kundig ontleed. Hetzelfde geldt voor zijn kritische beschrijving van het anti-judaïsme binnen het protestantisme en de islam. Daarbij is het jammer dat Smelik geen aandacht besteedt aan de situatie in de r.-k. kerk. Evenmin informeert hij ons over de opvallende keer ten goede die zich de laatste zes decennia binnen protestantisme en katholicisme heeft voltrokken in hun kijk op het Jodendom.

Als de kritiek op Israël in het boek aan bod komt, klinkt het oordeel van de voormalige hoogleraar Hebreeuws, Hebreeuwse Bijbel, Jodendom en Oude Geschiedenis niet altijd even afgewogen. Dan trekt hij de grenslijn tussen kritisch Israël-commentaar en antisemitisme soms wel met een erg dun penseel. Bij voorbeeld als hij het heeft over de discussiegroep Een Ander Joods Geluid.

De negatieve kanten van het beleid van de regering-Netanyahu met betrekking tot de Palestijnen doet Smelik af als propagandistische overdrijving. Hij erkent weliswaar dat niet alle Israëlische en buitenlandse Joden het eens zijn met die politiek, en dat het daarom kwalijk is net te doen alsof dat wel zo is. Maar hij geeft er geen blijk van dat hij zich ook maar enigszins laat overtuigen door hun argumenten. De Palestijnen in Gaza zijn, zo stelt hij, veel beter af dan die in Syrië, alsof dat een excuus is voor Israël om de infrastructuur in de Gazastrook plat te bombarderen.

De schuld van alle confrontaties legt Smelik uitsluitend bij Hamas en de Palestijnse Autoriteit. Nu dragen beide groeperingen al jaren  nauwelijks iets bij aan een oplossing van het conflict, maar dat geldt minstens evenzeer voor Israël. Dat land lijkt steeds minder geneigd mee te werken aan een tweestaten-oplossing. Dit leidt aan Palestijnse kant tot groeiende frustraties, waarvan de anti-Israëlische boycotbeweging BDS een uiting is. De Palestijnen nemen zelfs hun toevlucht tot openlijk geweld. Dat is kwalijk, maar wel verklaarbaar, gezien het harde optreden van Israël. Zelfs een snipper van begrip voor de uitzichtloze situatie waarin de Palestijnen verkeren ontbreekt in het boek.

Terug naar het antizionisme. Smelik signaleert twee stromingen. De eerste is de “onverbloemd antizionistische” variant. Die wordt gepraktiseerd in het Midden-Oosten, in Iran en door een deel van de allochtone moslims in West-Europa. De professor vindt haar ronduit antisemitisch. En terecht. Centraal daarbij staat het afwijzen van het bestaansrecht van de Joodse staat. Bij blank radicaal-rechts komt daar de Jodenhaat bij, inclusief het ontkennen of juist toejuichen van de Sjoa.

De auteur noemt echter nog een vorm van antizionisme die in zijn ogen eveneens antisemitisch is: de “salonfähige” variant. Die maakt volgens hem weliswaar onderscheid tussen de staat Israël enerzijds en dé Joden en het Joodse volk anderzijds, maar is in de grondgedachte gelijk aan de eerste. Met als doel “door demonisering de Joodse staat weg te vagen”.

Voor Smelik is demonisering een containerbegrip. Daaronder vallen wat hem betreft ook critici bij wie het zeer de vraag is of ze bezig zijn met antisemitische activiteiten. Een onbevangen waarnemer zou eerder zeggen dat ze proberen Israël weer in het juiste spoor te krijgen. Die critici vrezen immers dat Israëls streven om Oost-Jeruzalem en de hele Westbank in te lijven op de lange duur zal leiden tot de ondergang van de Joodse staat.

Wie activisten die deze ontwikkeling trachten tegen te gaan, wegzet als antisemieten – en die neiging heeft Smelik – berooft Israël van zijn trouwste, meest onbaatzuchtige vrienden. Want groeperingen als de SGP en Christenen voor Israël, die de professor in positieve zin vermeldt, steunen de Israëlische politiek weliswaar door dik en dun, maar doen dat op basis van een eigen agenda: de terugkeer bevorderen van alle Joden naar Eretz Israël, als voorwaarde voor hun uiteindelijke bekering tot het christendom. Alsof het Jodendom daarmee wat opschiet.

Boekgegevens:
Prof. dr. Klaas A.D. Smelik, ‘Maar wij noemen hen Joden’. Antizionisme in de praktijk. Uitg. Aspekt, 2019, € 19,95, 280 blz.

Ton Crijnen is lid van het algemeen bestuur van de Katholieke Raad voor het Jodendom.


  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.