Bijbel

De Bijbel is misschien wel de belangrijkste verbinding tussen het Jodendom en het christendom. De Hebreeuwse of Joodse Bijbel, de Tenach, heet bij christenen het Oude Testament. De katholieke traditie rekent een aantal boeken tot het Oude Testament die we niet vinden in de Hebreeuwse Bijbel. Deze boeken worden wel aangeduid als deuterocanoniek.

Door de eeuwen heen hebben Joden en christenen ieder hun eigen uitleg van de Bijbel ontwikkeld. Bij de Joodse geleerden, de rabbijnen, lag het accent daarbij op de vraag hoe je als Jood moest leven. Hun uitleg is onder meer vastgelegd in de Misjna en de Talmoed. Christenen lazen het Oude Testament vanuit de persoon van Jezus, over wiens leven en leren het Nieuwe Testament vertelt. Dat Nieuwe Testament is nauw verbonden met het Oude Testament. Allereerst omdat de Tenach voor Jezus de leidraad bepaalde van zijn verkondiging. Maar ook de evangelieschrijvers en de schrijvers van de apostolische brieven verwijzen voortdurend impliciet en expliciet naar het Oude Testament. Het Nieuwe Testament is niet los verkrijgbaar van het Oude Testament en kan evenmin losgezien worden van de Joodse wereld waarin het ontstaan is. Dit is onder christelijke bijbelgeleerden en theologen tegenwoordig een breed gedeeld inzicht. Maar ook dat we als christenen veel kunnen leren van de Joodse manier van Bijbellezen.

Foto: Pixabay

Geloven gaat niet alleen over bepaalde overtuigingen of het vieren van de liturgie. Het gaat ook over leren. In het Jodendom is voortdurend leren heel belangrijk. Dit ‘lernen’ is veel meer dan feiten uit je hoofd kennen of ingewikkelde sommen kunnen oplossen. Het gaat om een levenshouding waarin je jezelf als een leerling beschouwt die aansluit bij een eeuwenoude traditie van wijsheid en inzicht, daarbij de vragen van deze tijd stelt en het gesprek met anderen aangaat. ‘Lernen’ neemt geen genoegen met ‘dat vind ik nu eenmaal’ en begint met het besef dat wij een leven lang leerling zijn.

In de ontmoeting tussen Jodendom en christendom speelt leren dan ook een essentiële rol. Het is een grondhouding waarin leren luisteren centraal staat. Iedere christen die zijn of haar wortels wil (leren) kennen, is op de eerste plaats een leerling. Zoals Jezus in het Nieuwe Testament zijn volgelingen ook allereerst als leerling aanspreekt en onderricht geeft. Maar ook latere Joodse bronnen kunnen ons veel inzicht bieden in het beter verstaan van de Bijbel en ons eigen geloof.

In de ontmoeting van christenen met het levende Jodendom hebben leerhuizen daarom altijd een belangrijke plaats gehad. In Nederland heeft rabbijn Yehuda Askhenazy daarbij een bijzondere rol gespeeld. Talloze christenen maakten door hem kennis met Joodse bronnen, zoals de Talmoed en de Misjna. Hoewel de bloeitijd van deze leerhuizen voorbij lijkt, zijn er nog steeds organisaties en personen die als doel hebben de Joodse traditie voor Joden, christenen en andere belangstellenden te ontsluiten.

Leerhuizen en andere organisaties

Verder lezen

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.