De eerste lezing: zondag 3 november 2019
31e zondag (W 11, 23-12, 2; Ps 145 (144) 1-2, 8-9, 10-11, 13cd-14; 2 Tes 1, 11-2, 2; Lc 19, 1-10)
Het boek ‘Wijsheid’ (van Salomo) staat alleen in katholieke Bijbelvertalingen (de Septuaginta). Daarom wordt het apocrief of deuterocanoniek genoemd.
Het gebed van vandaag ontstond waarschijnlijk in Egypte, waar veel Griekssprekende joden woonden. De auteur is thuis in de joodse traditie en ook in de Grieks-hellenistische cultuur.
Het thema van dit joodse gebed komt overeen met het evangelie. Het gaat over een barmhartige God, die “zich ontfermt over allen” en “niet let op de zonden van de mensen”.
Ook Jezus zoekt de mens om hem te redden en niet verloren te laten gaan. Hij houdt evenveel van zijn mensen als God van zijn schepping. God schept uit liefde en dus niet om het gemaakte weer stuk te maken. God heeft met een bedoeling, met “inzicht en wijsheid”, geschapen (vgl. Spr 16,4 en Sir 39, 21). God wordt geprezen om zijn almacht en rechtvaardigheid.
Meer over het evangelie vindt u bij: https://www.joods-christelijke-dialoog.nl/index.php/evangelien/archief-evangelien/127-2016-10-30
In de eucharistieviering van de zondag wordt eerst gelezen uit de Joodse Bijbel. Deze ‘eerste’ lezing wordt gevolgd door een psalm of lofzang, die hier goed bij past. Samen vormen zij een eenheid en ze worden gerekend tot het gemeenschappelijke bezit van joden én christenen. Wat leert de eerste lezing ons in relatie tot het evangelie?
