Geplaatst op 16 december 2019

De Eerste Lezing: zondag 22 december 2019

22 december | 4e Zondag van de advent
Lezingen: Jes. 7,10-14; Ps. 24(23); Rom. 1,1-7; Mat. 1,18-24

Door: Tineke de Lange

Het is crisis in het kleine staatje Juda. ‘Broederstaat’ Israël en buurman Syrië proberen Juda over te halen een coalitie te vormen tegen het machtige Assyrië. Dat lukt niet goedschiks, dus proberen ze het kwaadschiks. Terwijl hun troepen door Juda trekken zit koning Achaz in Jeruzalem te beven van angst.

Wat moet hij doen? Het antwoord komt van de profeet Jesaja. Die roept namens de Heer, de God van Israël, de koning op niet bang te zijn en niet toe te geven aan zijn collega-koninkjes. Maar Achaz vertrouwt de profeet en daarmee de Heer niet. Wanneer Jesaja hem uitdaagt een teken van de Heer te vragen komt hij met de vrome smoes dat je de Heer niet op de proef mag stellen. Het geduld van de profeet (en van de Eeuwige) is hiermee op. Wil Achaz geen teken vragen? Dan zal hij een teken krijgen! En wat voor teken: een jonge vrouw die zwanger is en een kind zal baren dat zij de naam Immanuël, ‘God-met-ons’ zal geven. Hoop in de donkere tijden – zie hiervoor het vervolg van Jesaja 7 – en uitzicht op een koning die met God zal zijn. Binnen de context van het boek Jesaja ligt het voor de hand Immanuël te identificeren met Hizkia, de zoon en opvolger van Achaz die wel zal luisteren naar profeet en God (Jesaja 36-39) en zich daarmee een ware afstammeling van David zal tonen. Maar de geschiedenis van God-met-ons is hiermee niet afgelopen. Geen wonder dus dat Mattheüs de woorden van Jesaja aan Achaz doet klinken in zijn verhaal van hoop en verlossing.

Voor meer over Jesaja 7: zie https://www.joods-christelijke-dialoog.nl/index.php/tenach/696-jesaja-07-10-17 en voor een verklaring van de lezingen: https://www.bijbelhuiszevenkerken.be/blog/2016/12/13/zondagslezingen-18-december-2016/
___

In de eucharistieviering van de zondag wordt eerst gelezen uit de Joodse Bijbel. Deze ‘eerste’ lezing wordt gevolgd door een psalm of lofzang, die hier goed bij past. Samen vormen zij een eenheid en ze worden gerekend tot het gemeenschappelijke bezit van joden én christenen. Wat leert de eerste lezing ons in relatie tot het evangelie?

Tineke de Lange is oudtestamentica en beleidsmedewerker voor de Katholieke Raad voor het Jodendom.


  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.