De eerste lezing: zondag 29 december 2019
Lezingen: Sir 3,2-6.12-14; Ps 128(127); Mat 2,13-15.19-23; Kol 3,12-21
Door: Tineke de Lange
Geheel volgens de traditie van de Bijbelse wijsheidsliteratuur verbindt het boek Jezus Sirach studie en kennis van de Tora met wat wij zouden noemen ‘fatsoenlijk leven’ en pedagogiek.
De spreker richt zich tot de lezer als een vader tot zijn kind om dit op te voeden tot een mens die goed en rechtvaardig is tegenover God en medemens. In de tekst van vandaag komt de relatie tot de ouders aan de orde. Het vijfde van de zogeheten Tien Woorden of Tien Geboden (Ex 20,12 en Deut 5,16) vormt de achtergrond van onze tekst. Dit vijfde gebod is de brug tussen de geboden over de relatie tot God en de geboden over de relatie tot de medemens. In Sir 3,1-6 maakt Sirach duidelijk hoe fundamenteel het hoogachten van je ouders is.
Het tweede deel, vers 12-16, gaat over de omgang met de ouders als zijn oud en kwetsbaar geworden zijn. Ook dan – of moeten we zeggen: juist dan? – hebben ze recht op onze zorg en aandacht en ons respect. De vraag hoe we het beste voor onze ouders en ouderen kunnen zorgen heeft dus oude papieren.
Voor meer informatie over de lezingen zie https://www.tijdschriftvoorverkondiging.org/wp-content/uploads/2018/10/29-december-2019-Heilige-Familie-A-jaar.pdf
____
In de eucharistieviering van de zondag wordt eerst gelezen uit de Joodse Bijbel. Deze ‘eerste’ lezing wordt gevolgd door een psalm of lofzang, die hier goed bij past. Samen vormen zij een eenheid en ze worden gerekend tot het gemeenschappelijke bezit van joden én christenen. Wat leert de eerste lezing ons in relatie tot het evangelie?
____
Tineke de Lange is oudtestamentica en beleidsmedewerker van de KRJ