Geplaatst op 27 januari 2020

De eerste lezing: 2 februari 2020

Opdracht van de Heer 2 februari 2020
(Mal. 3,1-4;  Ps. 24;  Hebr. 2,14-18; Luc. 2,22-40 of 22-32)

Door: Tineke de Lange

In Lucas 2 vinden we verschillende Joodse rituelen rond de geboorte: de besnijdenis en naamgeving (vers 21), het reinigingsritueel na de bevalling (vers 22) en het opdragen van de eerstgeborene aan de Eeuwige (vers 22-23). Het zou voor de hand liggen om als eerste lezing uit Genesis 17, Leviticus 12 of Exodus 13 te putten, hoofdstukken in de Tora waar deze rituelen beschreven worden. In plaats daarvan lezen we uit Maleachi. Waarom?

Net als in Lucas 2 speelt in Maleachi de tempel een belangrijke rol. Verder herkende de christelijke traditie in ‘de engel van het verbond’ van Mal. 3,1 Jezus. Maar Maleachi heeft meer te bieden. Eigenlijk zouden we onze eerste lezing moeten beginnen met Mal. 2,17 of zelfs nog eerder. De profeet protesteert namens God tegen het volk en in het bijzonder tegen de priesters (Maleachi 1) die het verbond tussen Israël en God naar hun hand willen zetten. Ze beweren zelfs dat God kwaad handelen goedkeurt en trekken zijn rechtvaardigheid in twijfel (Mal. 2,17). Mal. 3,1-4 vormt daarop Gods antwoord. Hij zal een bode sturen, hier ook ‘heer’ en ‘engel’ genoemd (3,1), die de priesterstand (‘de levieten’) zal zuiveren, zodat er weer op de juiste manier geofferd kan worden (3,4). Maar niet alleen dat: de juiste offerdienst gaat zoals elders in de Tenach hand in hand met recht en gerechtigheid (3,5). Juist vieren en juist handelen is juist dienen. Dat is wat het verbond met God inhoudt, niet wat de mensen ervan maken.

Zie voor meer over de lezingen van vandaag Tijdschrift voor verkondiging 2020-92 aflevering 1 https://www.tijdschriftvoorverkondiging.org/afleveringen/

Tineke de Lange is oudtestamentica en beleidsmedewerker van de Katholieke Raad voor het Jodendom


  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.