De eerste lezing: zondag 6 december 2020
Zondag 6 december | Tweede zondag van de advent jaar B
Lezingen: Jes. 40,1-5.9-11; Ps. 85(84); 2 Petr. 3,9-14; Marc. 1,1-8
Door: Elizabeth Boddens Hosang
‘Troost, troost mijn volk’. Met deze woorden begint hoofdstuk 40 van het boek Jesaja. De woorden van de profeet klinken tot een troosteloos Jeruzalem waarvan de bevolking is weggevoerd in de Babylonische ballingschap. Hij blikt van Sion naar het Oosten en roept over de daarheen gedeporteerden: Kijk, ze komen! Gods volk – ze komen thuis!
Het volk heeft harde tijden meegemaakt: het land werd veroverd door Babylon, een deel van de bevolking werd gedeporteerd naar Babel, de anderen bleven berooid en eenzaam achter. Drie generaties lang heeft die ballingschap geduurd, maar nu is er een keer op komst. De nieuwe heerser, de Pers Kores (Cyrus), maakt de terugkeer naar het eigen land mogelijk.
De profeet van Jesaja 40 interpreteert de tekenen van de tijd en spreekt van vertroosting en verzoening. God zelf maakt een nieuw begin: Híj komt in beweging! Volgens de midrasj zal uiteindelijk, door alles heen, God zijn volk troosten. Ook al zou zijn volk er niet eens open voor staan, tot verdriet van God zelf. Het is God zelf die terugkeert naar zijn verlaten land en het mistroostige volk: ‘Uw God is op komst!’ Het initiatief komt van Hem. De profeet roept het volk op om zijn komst voor te bereiden: maak van die rommelige paden een baan en weg dwars door de woestenij. Dan komt God in zijn ‘glorie’, waarmee Hij ons allen zal vertroosten en vernieuwen.
Voor uitgebreider toelichting op de lezingen van deze zondag zie
https://www.bijbelhuiszevenkerken.be/assets/userfiles/documenten/Commentaar%20voor%20zondag%206%20december.pdf.
Elizabeth Boddens Hosang is theologe en identiteitsbegeleider voor de Stichting Confessioneel Onderwijs Leiden