De eerste lezing: zondag 21 maart 2021
Zondag 21 maart, 5e zondag veertigdagentijd jaar B
Lezingen: Jer. 31,31-34; Ps. 51, 3-4.12-13.14-15; Hebr 5,7-9; Joh. 12,20-33
Door: Cor Sinnema
Jeremia ziet dat zijn volk ten onder gaat als het zich niet houdt aan de afspraken met God. Zeven jaar zat hij ondergedoken. Zijn opdracht lijkt mislukt, slaat niet aan, hij begint aan zichzelf te twijfelen. Dan spreekt Jeremia opnieuw over het verbond van God met zijn volk: ‘Ik zal hun God zijn, en zij zullen mijn volk zijn’.
Christenen zagen in deze tekst uit Jeremia een verwijzing naar Jezus en zelfs naar het afschaffen van de Wet. Ten onrechte, natuurlijk. Het nieuwe verbond is niet een ander verbond, maar hetzelfde, alleen beter levend in het hart van de mensen. De Catechismus van de Katholieke Kerk leert: “(…) het Oude Verbond is nooit herroepen.” (art. 121)
Die bevrijdende woorden van het verbond, dagelijks beleden door vele joden, moeten van binnenuit komen, van harte, want trouw is in het geding. En iedereen is daarvoor zelf verantwoordelijk.
De smeekbeden om vergeving uit de antwoordpsalm sluiten aan op de woorden waarmee de lezing eindigt. Ook hier is sprake van een ‘nieuw verbond’ dat in het binnenste van de mens gelegd wordt, gegrift in het hart.
Voor verdere toelichting zie www.tijdschriftvoorverkondiging.org/wp-content/uploads/2018/05/5e-zondag-Veertigdagentijd-jaar-B-21-3-2021.pdf.
Cor Sinnema is permanent diaken in het bisdom Den Bosch en secretaris van de KRJ