De eerste lezing: zondag 28 november 2021
Zondag 28 november | 1e zondag van de Advent jaar C
Lezingen: Jer. 33,14-16; Ps. 25; Thes. 3,12-4,2; Luc. 21,25-28.34-36
Door: Tineke de Lange
In Jeremia 33 richt de Heer zich tot de profeet Jeremia, die vanwege zijn kritiek op de leiders van het land in de gevangenis zit. Juda en Jeruzalem staan op de drempel van de afgrond. Binnenkort zullen zij ingenomen worden door de legers van Babylon als gevolg van het ontrouw van koning, priesters, profeten en volk jegens de Heer. Vandaar dat in Jeremia 32 woorden van onheil klinken (32,32-35).
En toch… ondanks het falen van de huidige koning en de priesterkliek bij de tempel blijft de Heer trouw aan zijn volk. De belofte van herstel houdt in dat er weer een ware koning uit het huis van David zal regeren (33,15) en er weer priesters zullen zijn die offers brengen zoals in de Tora bedoeld was (33,18). Met een koning die staat voor recht en gerechtigheid – dat is hoe een koning van Israël moet zijn, want dat is hoe de Heer is – zal er vrede zijn in land en stad.
Voor verdere toelichting op de lezing zie www.tijdschriftvoorverkondiging.org/download/1e-zo-advent-c-jaar-2-12-2012/.
Tineke de Lange is exegeet en beleidsmedewerker van de Katholieke Raad voor het Jodendom
