De eerste lezing: Zondag 5 januari 2020
Openbaring des Heren (Driekoningen) jaar A – zondag 5 januari 2020 | Lezingen: Jes 60,1-6; Ps 72(71); Ef 3,2-3a.5-6; Mat 2,1-12
Door: Tineke de Lange
Licht over Jeruzalem! Hoewel de stad niet bij naam genoemd wordt, is zij de hoofdpersoon in de eerste lezing van vandaag. De aankondiging van het licht van de Eeuwige dat schijnt over de stad in vers 1 en 3 omringt het duister waarin de aarde en de volkeren verkeren. Het licht van Gods glorie dat van Jeruzalem uitgaat straalt trekt ook andere volkeren naar de stad.
In vers 4-9 wordt het beeld geschetst van het uit de ballingschap terugkerende Israël en de toestromende volkeren. De tekst stopt niet bij de wierook en het goud uit Saba (vers 6) waar Mattheüs naar verwijst (2,12), het beschrijft de hele wereld, tot aan Tarsis in het uiterste westen toe (vers 9). De God van Israël is de God van heel de aarde, Jeruzalem de plaats waar alle volkeren moeten zijn. De evangelist speelt een ironisch spel met dit beeld. In zijn verhaal laat het licht zich juist niet zien in Jeruzalem. Daar zetelt immers Herodes, een koning die bijbels gesproken eerder een antikoning is. Tweede puntje van ironie: het is juist deze antikoning die de wijzen op weg zet naar Bethlehem. Ook zo’n iconische plaats, de geboortestad van de ware koning, David. David, die Jeruzalem tot de stad van de Eeuwige heeft gemaakt, de stad van het licht, Gods licht.
Voor verdere uitleg over de lezingen van vandaag zie https://www.tijdschriftvoorverkondiging.org/wp-content/uploads/2018/10/5-januari-2020-Openbaring-des-Heren-A-jaar.pdf en https://www.bijbelhuiszevenkerken.be/blog/2017/01/02/zondagslezingen-8-januari-2017/
___
In de eucharistieviering van de zondag wordt eerst gelezen uit de Joodse Bijbel. Deze ‘eerste’ lezing wordt gevolgd door een psalm of lofzang, die hier goed bij past. Samen vormen zij een eenheid en ze worden gerekend tot het gemeenschappelijke bezit van joden én christenen. Wat leert de eerste lezing ons in relatie tot het evangelie?
___
Tineke de Lange is oudtestamentica en beleidsmedewerker van de KRJ