De eerste lezing: zondag 9 januari 2022
Zondag 9 januari | Doop van de Heer, jaar C
Lezingen: Jes. 42,1-4.6.7 of Jes. 40,1-5.9-11; Ps. 29 (28); Hand. 10,34-38; Luc. 3,15-16.21-22
Door: Willy Hoogendoorn
In Jesaja 42 wordt gesproken over een mens, een dienaar, op wie Gods geest zal rusten. De scheppende geest Gods, die de duisternis verjoeg, die over de oervloed lag en er leven brengend water van maakte.
Diezelfde geest rust op een mens die waarlijk Gods beeld en gelijkenis zal zijn. Een nieuwe mens ontstaat, zo lijkt het. Hij zal aan al de volken verkondigen wat volgens God rechtvaardig is om te doen. Zijn boodschap overstijgt het volk en is tegelijk heilbrengend voor het volk. Immers zijn handelen is doordrenkt van compassie. Hij maakt het kwetsbare niet kapot: de kwijnende vlaspit wordt niet gedoofd, het geknakte riet niet gebroken. Gods dienaar laat mensen en dingen in hun waarde.
Zijn boodschap krijgt gestalte in het volbrengen van Gods programma: bevrijding verkondigen, mensen oprichten uit hun ellende, hun de ogen openen voor dat wat goed is om te doen. Recht en gerechtigheid brengen waar dat nodig is en dat is over heel de aarde, geen plek, geen mens uitgezonderd.
Jesaja 40 begint daarentegen met een geweldige uitroep: ‘Troost, troost mijn volk!’ Tussen het slot van Jesaja 39 en deze tekst gaapt de afgrond van de ondergang van Jeruzalem en de ballingschap van een deel van het volk naar Babylon. De rest van het volk is gedesillusioneerd achtergebleven in een kaalgeplukt land.
Nu klinkt een stem van hoop, de aankondiging van een nieuw begin. In prachtige beelden wordt geschilderd hoe alles anders zal zijn dankzij de Heer, de God van Israël. Sion/Jeruzalem – op dit moment nog een puinhoop – wordt voorgesteld als een vreugdebode die met alle kracht de heerschappij van God aankondigt. Geen wonder dat Lucas de woestijnprediker Johannes woorden uit Jesaja 40 in de mond legt.
Voor een verdere uitleg over de lezingen van vandaag zie: Tijdschrift voor Verkondiging https://www.tijdschriftvoorverkondiging.org/download/doop-van-de-heer-c-jaar-13-1-2019/?wpdmdl=1065&refresh=619b8064d1c891637580900.
Voor een uitvoerig commentaar op Jes. 42,1-7 zie: https://www.joods-christelijke-dialoog.nl/index.php/teksttoelichtingen/tenach/profeten/207-jesaja-42-1-7.
Willy Hoogendoorn studeerde theologie aan de Katholieke Theologische Universiteit Amsterdam, doceert Hebreeuws en is pastoraal werker in een oecumenische gemeenschap in Leiden