Recensie van ‘Minjan’ van Margot Vanderstraeten
Margot Vanderstraeten schreef in 2017 de bestseller Mazzel Tov!. Dat boek heeft de ogen van veel mensen geopend voor de karakteristieke joodse gemeenschap in haar stad. Als werkstudente bij de orthodox-joodse familie Schneider kon zij van binnenuit het joodse leven beschrijven.
Door: Cor Sinnema
Als vervolg daarop doet ze in het nieuwe boek Minjan verslag van haar ontmoetingen met weer andere mensen uit de orthodox-joodse gemeenschappen in Antwerpen. Het is een meervoud, want de orthodox-joodse gemeenschap bestaat uit meerdere gemeentes, van modern-orthodox tot ultraorthodox en bewegingen daarbinnen, zoals Belzer, Geer, Lubavitch en Skver. De titel Minjan verwijst niet alleen naar het aantal van tien joodse mannen dat vereist is om een gebedsdienst te houden. Minjan blijkt ook een manier om joden te stimuleren elkaar elke dag op te zoeken. Je laat elkaar niet in de steek, al is het maar voor de duur van het gebed. “Via een ingenieus systeem van structureel georganiseerde solidariteit worden er banen geschapen die, puur vanuit hun efficiëntie bekeken, niet hoeven te bestaan.” (blz. 54)
Al deze gemeenschappen blijken ook échte gemeenschappen te zijn. “Joden doen niets alleen. Zelfs bidden niet”, laat ze Mosje opmerken. Een ander kenmerk is dat deze gemeenschappen gesloten zijn. Ze zorgen voor religieus separatisme: “ons is op zijn hoede voor elke vorm van assimilatie die de specifieke eigenheid van de groep aantast.” (blz. 84) Onder de mensen die ze ontmoet bevindt zich Dan, een talentrijke autistische fotograaf, met wie ze bevriend raakt en die haar veel gebruiken en tradities uit het jodendom helpt verklaren. “Zonder gemeenschap, zonder onze familie en zonder onze godsdienst vallen wij uit elkaar. We dragen allemaal zorg voor elkaar. Er zal bij ons niemand door de mazen van het net vallen.” (blz. 148). Met hem bezoekt ze enkele joodse begraafplaatsen in het Nederlandse Putte.
Ze maakt kennis met Ester, een streng orthodoxe gelovige vrouw, die zich onder haar gehoor bevindt bij een lezing over haar eerste boek. Zij is grootmoeder van veertig kleinkinderen en verzorgster van haar vader, die de Shoah heeft overleefd. Voor de journalist Margot is zij een ideale informant, met wie ze heel uitvoerig spreekt, appt en mailt. Ze hebben het over alle domeinen van het leven: van de feestdagen, de spijs- en reinheidswetten tot de was. Ze wisselen recepten uit van diverse culinaire tradities, ze bespreken de mode in kleding en haardracht, de problemen met opvoeding en onderwijs, travestie en transgender, ziekte en gezondheid.
Het boek ontstond in coronatijd. De pandemie zorgde voor een nog strenger sociaal isolement dan joden van huis uit kennen. Voor Margot Vanderstraeten blijkt het eerste boek veel nieuwe deuren geopend te hebben voor weer nieuwe joodse medeburgers. Ze verzucht ergens: “Het is absurd dat ik met een boek, gebaseerd op persoonlijke ervaringen, door zoveel niet-joodse lezers als een deskundige van de Joodse gemeenschap word gezien.” Haar fascinatie is logisch: hoe orthodoxe joden erin slagen zich te handhaven in een wereldstad. Veel Jiddische woorden worden in het boek uitgelegd en de belangrijkste staan in een woordenlijst achterin opgenomen. Minjan is opnieuw een boek met veel liefde geschreven. Vanderstraeten beschikt als journalist over het vermogen om het vertrouwen te winnen van enkele exponenten uit de doorgaans gesloten joodse gemeenschappen.
Boekgegevens
Minjan. Margot Vanderstraeten, Uitg. Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen, ISBN 978 90 450 4389 0, 2021, 304 blz. € 22,99.
Cor Sinnema is permanent diaken in het bisdom Den Bosch